Inhoudsopgave / Index
- Mijn moestuin, Snap eer je start hoe je moestuin bodem werkt in 5 stappen
- Inleiding
- DEEL 1: Minuscule steenkorreltjes of mineralen in je moestuin bodem
- DEEL 2: Organisch materiaal in je moestuin bodem en uiteindelijk: humus
- DEEL 3 : Water en lucht in je moestuin
- DEEL 4 : Bodemleven in je moestuin
- Inleiding
- Bodemleven is ...
- DEEL 5 : Voedingsstoffen voor de moestuin plant
- Inleiding
- Voedingsstoffen
- Bouwstenen van de plant:
- Waar haalt de plant deze bouwstoffen nu vandaan ?
- Overige voedingsstoffen voor de moestuin plant
- Alle voedingsstoffen samen en wat chemische wonderbaarlijke verbindingen later geven groenten
- Het totale overzicht aan voedingsstoffen uit de moestuin grond
- Enkele belangrijke bouwstenen uit je moestuin bodem en hun functies
- Waar haalt de plant de mosterd, euh zijn voedingsstoffen vandaan?
- Hoe komen deze voedingsstoffen in de moestuin bodem terecht?
- Tot slot
Mijn moestuin, Snap eer je start hoe je moestuin bodem werkt in 5 stappen
Inleiding
Dit artikel gaat over het belangrijkste van je moestuin, de bodem en komt in 5 delen. Op een gemakkelijke manier proberen Vicky Wilssens en ik (Tom Deseyn) 'moestuin grond' uit te leggen. Vicky en ik zijn lid van de Facebook Groep Moestuin en willen graag dat iedereen een moestuin houdt. Zo dragen we een steentje bij tot de natuur en het is ook gewoon superleuk om eten te 'maken'. Dit artikel is in makkelijke tekst geschreven en bouwt op van de basis en wordt steeds vollediger. We willen 'iedereen' aan de moestuin. We zijn geen wetenschappers maar vrienden van de moestuin die informatie willen delen. Tips of raad zijn welkom via het contactformulier van de website. Onderaan dit artikel kun je ook zeggen wat je er van vindt. Daar gaan we ...
Om gezonde groenten te kweken heb je een gezonde bodem nodig. In een gezonde bodem kunnen je groenten voldoende eten en drinken en worden ze niet ziek. Maar wat zit er zo allemaal in een goede moestuin grond ?
Moestuin grond bestaat uit 5 belangrijke onderdelen :
- DEEL 1: Hele kleine steenkorreltjes of mineralen
- DEEL 2: Organisch materiaal en Humus
- DEEL 3: Water en lucht
- DEEL 4: Bodemleven
- DEEL 5: Voedingsstoffen voor de plant
DEEL 1: Minuscule steenkorreltjes of mineralen in je moestuin bodem
Van rots tot mineraal
Je moestuin grond bestaat voor bijna de helft uit steenkorreltjes ook wel mineralen genoemd. De hele kleine steenkorreljes komen uit stenen en rotsen. Het verkleinen van rotsen en stenen tot steenkorreltjes duurt miljoenen jaren en gebeurt door de wind, de regen, ijs, sneeuw, de zon, mossen, schimmels en bacteriën, ... De aarde in je moestuin is dus ooit nog een steen of een rots geweest ... miljoenen jaren geleden.
(van steen tot korrel)
De grootte van steenkorreltjes bepaalt je grondsoort in je moestuin bodem
Deze de rotsen en stenen zijn dus kleiner geworden en zijn nu keien, steentjes of nog kleinere steenkorreltjes. In deze kleinere korreltjes of mineralen kun je moestuinieren, in rotsen of keien gaat dat net iets moeilijker, daar spreken we dus ook niet meer over.
- Grote korreltjes (0,05 – 2 millimeter) heten zand
- Kleinere korrels (0,002 – 0,005 millimeter) heten silt
- Kleinste korrels (kleiner dan 0,002 millimeter) heten klei
In je moestuin komen alle drie de soorten korreltjes of mineralen voor. Het beste is dat je van de drie soorten evenveel korreltjes hebt, dan heb je leem grond. Spijtig genoeg hebben we niet allemaal leem grond. Mijn moestuin heeft bijvoorbeeld veel te veel zand korreltjes, dit noemen we zand grond, een andere moestuin heeft dan weer veel klei korreltjes en noemen we kleigrond.
Elke soort grond heeft goede en slechte punten :

Moestuin grond met veel grote korreltjes of zand grond:
Goede punten : Zand grond is luchtig, de wortels van je plantjes kunnen goed groeien, zandkorreltjes warmen goed op en zand grond is gemakkelijk te bewerken. Denk maar aan een zandkasteel (makkelijk te bewerken) of met je blote voeten op het zand lopen als de zon hard schijnt (heet heet heet).
Slechte punten : Zand grond houdt moeilijk water en voedingsstoffen vast. Giet een emmer water op zandgrond in de moestuin en na een halve minuut is de plas verdwenen.
- Top groenten voor zand grond: bonen, erwten, wortelen en gewassen uit zuiderse landen.
- Flop groenten voor zand grond : planten die veel water nodig hebben.
Moestuin grond met kleine korreltjes of klei grond:
Goede punten : Klei grond houdt wel water en/of mineralen vast. Denk aan boetseer klei. Die kan ook heel erg kleven.

Slechte punten : Klei grond is niet luchtig. Je kunt hem moeilijk te bewerken en de wortels van de plant kunnen moeilijk diep in de grond op zoek naar voedsel. Ook warmt kleigrond veel trager op en blijft hij langer nat. Als het vriest zitten je wortels vast in het ijs en kunnen ze dood gaan.
- Top groenten voor klei grond : knollen (biet en knolselder) en aardappelen.
- Flop groenten voor klei grond : planten die niet graag met hun voeten in het water staan (uien), wortelen en planten die niet tegen de vrieskou kunnen.
Maar niet getreurd, zandgrond kan je verbeteren door kleikorrels/bentoniet toe te voegen en kleigrond kun je een pak verbeteren door er zand/lavagruis aan toe te voegen. Hier over later meer.
Met alleen zand, silt en klei hebben we nog geen bodem waarin we kunnen moestuinieren. Als er enkel grondkorrels of mineralen in je moestuin grond zitten, spoelen de kleinste steenkorreltjes of mineralen en de voeding weg (bodemerosie) . Zie verder.
Wortels van planten hebben hele kleine mondjes ...

Kleine mondjes kunnen geen grote happen aan
Even terug naar de rotsen en stenen. Elk soort rotsen of stenen kunnen verkleinen tot zand, silt of klei. Jouw soort grondkorreltjes of mineralen hangt dus eigenlijk af van van welke stenen en rotsen miljoenen jaren geleden verkleind zijn. Nu komt iets heel belangrijk ... Zand, silt en klei kunnen uit verschillende mineralen bestaan. Mineralen zijn voedingsstoffen voor mensen, planten en dieren. De meest voorkomende mineralen in steenkorreltjes zand, silt of klei zijn: silicium, aluminium, ijzer, Magnesium, calcium, natrium en kalium. Maar planten kunnen uiteraard geen steenkorreltjes of grote stukken mineralen opeten. Groenten eten via hun wortels en daar staan maar 'kleine mondjes' op. Wij kunnen toch ook geen volledige witte kool of een volledige koe opeten ... De mineralen moeten dus heel heel klein worden voor dat planten ze kunnen opnemen. Hoe komen ze zo klein ? Wel, eerder hadden we het ook al over onder andere de wind, de regen, schimmels en bacteriën.
Voeding je moestuin bodem uit organisch materiaal
Rotsen doen er miljoenen jaren over om door bacteriën/schimmels helemaal afgebroken te worden tot piepkleine mineraaldeeltjes. Maar in onze moestuin staan elk jaar groenten die op korte tijd flink moeten kunnen groeien en dus veel voedsel nodig hebben. Zowel wij als onze groenten kunnen geen miljoenen jaren wachten tot er mineraaldeeltjes 'vrij' komen uit de stenen. Gelukkig kunnen wormen, bacteriën en de schimmels ook mineraaldeeltjes vrij maken uit veel zachter en gemakkelijker materiaal: takjes, bladeren, ... kortom organisch materiaal.
En daar moeten we gelukkig geen miljoen jaar op wachten. Heel zacht materiaal zoals bladeren van smeerwortel zijn al na 6 weken verteerd en dus plantenvoedsel geworden. Bladeren van de bomen en kleine takjes doen er 1 a 2 jaar over en boomstammen nog veel langer. En wij kunnen zelf ook nog mineraalrijk materiaal op de moestuin grond gooien waar de wormen, bacteriën en schimmels kleine stukjes van maken, tot ze klein genoeg zijn om in het mondje van een plantenwortel te passen: gras, ...
(schimmels, bacteriën en bodemleven)
Humus, de lijm in onze moestuin grond houdt alles samen
Tot nu in deze tekst is alles heel gemakkelijk. Stenen en rotsen worden kleiner, zijn kleine steenkorreltjes of mineralen en als ze klein genoeg zijn kunnen ze opgegeten worden planten. Makkelijk toch ? Toch niet. Er is een groot gevaar. Alle super kleine mineralen die de planten kunnen opeten, spoelen weg door de regen wanneer er enkel steenkorreltjes in onze grond zitten. We hebben een soort lijm nodig die alle mineralen groot en klein samen houdt. Als we dat niet doen, dan spoelen al onze eetbare mineralen weg in onze moestuin.
Maar we kunnen in onze tuin toch geen lijm gieten ? Nee, dat klopt, dat zou geen goed idee zijn. Wat hebben we dan nodig ? Juist ! organisch materiaal die humus wordt. Organisch materiaal zijn takken, bladeren, gestorven diertjes in de bodem, ... Net als de rotsen en stenen en de rotsen van daarnet verkleint ook dat organisch materiaal. We hebben eerst organisch materiaal, daarna spreken we van compost (half verteerd) en uiteindelijk humus (100% verteerd). Organisch materiaal omzetten in humus moeten we niet zelf doen, gelukkig maar. De omzetting gebeurt door schimmels, bacteriën en bodemdieren (vooral wormen). Humus is de lijm die we nodig hebben om onze moestuin grond samen te houden en bevat ook nog heel veel andere groeistoffen. Later meer hier over in de volgende delen.
(een evenwichtige moestuinbodem)
DEEL 2: Organisch materiaal in je moestuin bodem en uiteindelijk: humus
In DEEL 1 van dit artikel stond er hoe rotsen door weer en wind afgebroken werden tot piepkleine steenkorreltjes of mineralen. Dit duurt miljoenen jaren. Als de mineralen klein genoeg zijn, kunnen planten ze als voedsel opnemen. In de moestuin hebben we twee problemen. We hebben geen miljoenen jaren de tijd en we willen op een kleine ruimte veel kweken. Ik hoor je het al denken : "We hebben extra mineralen en voedingsstoffen nodig ..."
We hebben dus mineralen nodig die sneller afbreken en er geen miljoen jaar over doen om afgebroken te worden. Maar liefst maar enkele weken of maanden. Iedere moestuinier weet al welke richting we uitgaan. Inderdaad, wat we nodig hebben is 'organisch materiaal'. Dat zijn dode planten en dode dieren. Uiteraard moet je geen dode kip of biefstuk in je grond verwerken. Met dode dieren bedoelen we insecten, wormen, slakkenhuisjes, ... Deze zitten net als afgestorven planten vol mineralen. Uit deze dode planten en dieren wordt een hele kostbare meststof gemaakt: humus of ‘het zwarte goud’.
Organisch materiaal dat gedeeltelijk verteerd is noemen we compost, volledig verteerd organisch materiaal noemen we humus. Hoe zachter het materiaal, hoe sneller het humus zal worden. smeerwortelblad is al na 6 weken verteerd. Een takje doet er enkele maanden over en een boomstam jaren.
In onze tuin kunnen we organisch materiaal op de grond gooien, dat heet mulchen. Een andere manier is om organisch materiaal naast onze moestuin te laten verteren tot compost of humus. Laat ons even de twee manieren bekijken :
Mulchen in de moestuin
Bij mulchen wordt een laag van 5 tot 15 cm organisch materiaal aangebracht. Dit kan zijn: gras, stro, houtsnippers, bladeren van smeerwortel, koffiedik, ... De mulchlaag is een jasje voor je moestuin. Het bodemleven in je grond is verlekkerd op organisch materiaal. Wormen bijvoorbeeld komen uit de bodem tot aan het oppervlak, eten van je organisch materiaal en 'schijten' als het ware humus in je grond. In iedere tuin met organisch materiaal zitten duizenden wormen die voor jou het werk doen. Zij zijn de spitters en humusmakers in je moestuin. Er zijn nog twee heel belangrijke voordelen bij mulchen voor ons lichaam. De mulchlaag houdt het onkruid tegen. Kiemende onkruidzaden komen niet doorheen de mulchlaag, we moeten dus niet buigen of door de knieën gaan om onkruid te wieden.

Een tweede voordeel is dat de mulchlaag het water in je moestuin grond minder snel laat verdampen. Je moet dus minder water naar je moestuin brengen. En dat spaart energie van je lichaam en/of van het elektriciteitsnetwerk. Mulchen heeft ook nadelen. Door de isolerende laag warmt je grond iets minder snel op in het voorjaar waardoor je plantjes minder snel uit de startblokken schieten. Ook is het minder handig om te zaaien, de mulchlaag moet je verplaatsen om te zaaien. Nog een belangrijke opmerking : organisch materiaal dat niet verteerd is mag je niet in de grond inwerken. Als het in de grond verteerd heeft neemt het stikstof weg uit je grond. En stikstof is een belangrijke stof voor je moestuin (later meer over stikstof). Sommige mensen hebben schik voor slakkenvraat wanneer ze zouden mulchen. Zolang er organisch materiaal beschikbaar is op en in je grond, zullen slakken daar de voorkeur aan geven. Helaas bestaat er wel niet iets zoals 'slakkengarantie'.
compost en Humus op en in je moestuin bodem
Je kunt ook organisch materiaal dat al verteerd is (compost of humus) op je grond leggen of inwerken. compost maken in je tuin is vrij gemakkelijk (http://www.velt.nu/composteren). Je kunt ook kant en klare compost kopen in de winkel. Een voordeel van zelf composteren is dat je zelf de samenstelling van je compost kan bepalen. Ik wissel in verschillende lagen van volgende stoffen af voor een goed evenwicht : snoeiafval tot 1 cm diameter fijn gemaakt, groenafval van de moestuin en de keuken, koffiedik, eierschalen en verse mest van mijn kippen en het paard van een kennis. En verteren maar, het verteren duurt 4 tot 8 maanden, afhankelijk van het seizoen en het materiaal dat je composteert. Met compost help je je bodemleven een handje. Het bodemleven krijgt hapklaar organisch materiaal dat meteen beschikbaar is. Bij mulchen moet het bodemleven het verteringsproces van je mulchlaag afwachten. Een bijkomend voordeel van compost of humus is dat je je bodemstructuur een boost kunt geven. Een pure zandgrond of een harde kleigrond zal minder snel een goede structuur krijgen bij mulchen dan met compost of humus. Heb je een nieuwe moestuin en is het een zandbak of kleibrok, overweeg dan eerst compost of humus. Heb je al een goede luchtige structuur, kies dan voor mulchen maar beide combineren kan ook. De cadeautjes 'geen onkruid' en 'minder water geven' zijn van heel grote waarde bij mulchen.

Bodemleven
Tot slot. Humus is een belangrijke meststof voor de planten en bevat gelukkig ook mineralen. Het duurt geen miljoen jaar om deze mineralen in je moestuin te krijgen. Op enkele weken of maanden tijd zijn de mineralen die in de dode planten en dieren zaten humus geworden. Schitterend toch? En het wordt nog beter: humus bevat niet alleen mineralen. Het is zoals in DEEL 1 ook al verteld, de lijm van je moestuingrond. Humus zal het er ook voor zorgen dat mineralen niet wegspoelen uit je steenkorreltjes waar we in DEEL 1 over spraken. Humus lijkt een beetje op een kleverige spons waar mineralen (en ook water!) in vast blijven kleven tot de planten honger hebben en ze op eten.Wie of wat breekt deze dode dieren en planten (organisch materiaal) af? We noemden het hierboven ‘het bodemleven’, dit komt ook nog later in deze reeks artikelen over bodem terug. Hiermee bedoelen we schimmels in de grond, bacteriën, wormen en andere kleine beestjes. Zij breken dit organisch materiaal af door het op te eten. Het leuke is dat schimmels, bacteriën, wormen en andere beestjes samenwerken. Soms kunnen de bodemdiertjes iets eerst niet opeten omdat het nog te groot of te hard is, denk maar aan een tak. In dat geval zullen er eerst bodemschimmels hun werk doen tot de tak verpulvert. Als de tak dan klein en zacht genoeg is, kunnen de bodemdiertjes er wel van eten. Als dit helemaal verteerd is, bestaat het uit zo’n kleine deeltjes dat het kan opgenomen worden door je planten: humus. Deze humus is dus een soort meststof voor je planten geworden. En het is zo’n waardevolle meststof dat het ook ‘het zwarte goud’ wordt genoemd. Schimmels en bacteriën zijn de koks, de diertjes eten het met plezier op en het restproduct is wormenkak’ (en ook van andere beestjes). Het voelt voor ons kruimelig aan en het ruikt heerlijk naar bosgrond!

Dus samengevat, humus is ...
- is een zwarte soort spons die mineralen en water bevat en vasthoudt tot de plant het nodig heeft
- wordt gemaakt door bodembeestjes en bestaat onder andere uit ‘wormenkak’,
- is ontstaan door de afbraak van dode planten en dieren (organisch materiaal),
- ruikt lekker naar bosgrond,
- is zo waardevol is als meststof voor je planten dat het ook wel ‘het zwarte goud’ wordt genoemd.
DEEL 3 : Water en lucht in je moestuin
Herhaling mineralen en humus
We weten al dat grond voor bijna de helft uit steenkorrels bestaat: zandkorrels, siltkorrels of kleikorrels. We weten ook dat sommige van deze steenkorrels heel erg verbrokkeld en klein geworden zijn. Daardoor kunnen ze door de kleine mondjes van de plantenwortels opgenomen worden. Maar…. doordat ze zo klein zijn, spoelen ze ook erg gemakkelijk weg. Gelukkig zit er in (gezonde) grond een ‘vangnet’ dat deze kleine mineralen opvangt en vasthoudt zodat ze niet wegspoelen. Dit ‘vangnet’ lijkt op een spons, is zwart, ruikt naar bosgrond en wordt ook wel ‘humus’ genoemd. Omdat het zo waardevol is, noemen tuiniers het ook ‘het zwarte goud’.
Dus: in grond zitten steenkorrels en humus. Dat is nog net niet genoeg om een vruchtbare grond te hebben. Wat ontbreekt er nog? Lucht en water!
Water voor je moestuin planten
Water zorgt ervoor dat de planten iets te drinken hebben. Water vervoert ook de kleine mineralen door de grond. Zo stromen er mineralen naar de plant die dankzij het water een ‘gezond drankje met mineralen’ drinken. Als het water echter te hevig stroomt (bij felle regen), kan het wel eens gebeuren dat de mineralen te snel wegspoelen en dat er voor de plant enkel nog gewoon water overschiet. Als je op zo’n momenten een goede humuslaag in je moestuin grond hebt, is er geen probleem want dan blijven de mineralen kleven in het ‘vangnet’.
Water is er niet alleen voor de planten maar ook voor de kleine bodemdiertjes die de humus maken! Het water tussen de steenkorrels zal er ook voor zorgen dat de lucht weggeduwd wordt en dat er nieuwe lucht (dus nieuwe zuurstof) in de plaats komt. Hieronder lees je waarom dat zo belangrijk is.
Dus, samengevat: water ...
- Is drinken voor de planten
- Is drinken voor de bodembeestjes
- Bevat voedzame mineralen
- Vervoert voedzame mineralen door de bodem (maar soms te snel en dan spoelen ze weg)
- Zorgt dat er af en toe nieuwe lucht en zuurstof aangezogen wordt
Lucht in je moestuin
Hebben planten lucht nodig onder de grond? Nee, de planten hebben geen lucht nodig maar de bodemdiertjes wel! De bodemdiertjes die de humus maken en die zelfs je plantenwortels beschermen tegen slechteriken gaan dood als er niet genoeg zuurstof onder de grond komt. Zonder zuurstof gaan de goede bodemdiertjes dood en komen er slechte bodemdiertjes in de plaats die zonder zuurstof kunnen leven, een beetje zoals ‘zombies’. Het is dus belangrijk dat er steeds genoeg zuurstof in de grond zit.
Ook zorgt lucht er voor dat er plaats is tussen de steenkorrels, bijvoorbeeld plaats voor water, maar ook plaats voor kleine diertjes. Samengevat, lucht ...
- Bevat zuurstof voor de goede bodemdiertjes
- Zorgt voor plaats voor water of kleine diertjes tussen de steenkorrels
Water en lucht in balans
En hoe zorg je dat er genoeg lucht en water in je bodem komt? Moet je dan met een gieter ‘lucht gieten’ over je planten? Nee, natuurlijk niet. Je moet zorgen dat er in je grond zowel grote steenkorrels (zand) als kleinere steenkorrels (silt en klei) zitten. Ook een goede goede portie humus houdt het water vast. Wanneer er tussen de grote steenkorrels (te) veel plaats is voor lucht, sijpelt het water weg. Is er tussen de kleine steenkorrels (te) weinig plaats voor lucht, dan kan het water niet passeren.
Door te zorgen voor een mengeling van grote en kleine korrels, krijg je een perfect evenwicht tussen lucht en water in je grond.
DEEL 4 : Bodemleven in je moestuin
Inleiding
Even kort herhalen wat we al weten, grond bestaat voornamelijk uit
- Zeer fijn gemalen steentjes: zandkorrels, siltkorrels en/of kleikorrels.
- Mineralen, afkomstig van:
- steenkorrels die zeeeeeeeer fijn gemalen zijn
- dood organisch materiaal zoals takjes, bladeren, beestjes, … dat in humus veranderd is.
- Lucht en water
- Bodemleven dat humus maakt en andere wonderen verricht.
Bodemleven is ...
We hadden het in de vorige delen al over bodemleven. Maar wat is dat nu, bodemleven?
Wel, bodemleven bestaat uit een allegaartje van slakken, wormen, kevers, spinnen, vliegen, aaltjes, schimmels en eencelligen zoals bacteriën, archae, algen, slijmzwammen en protozoa. Elk diertje of elk organisme helpt een stukje mee aan het maken van humus. Grote diertjes of grote organismen nemen de grote onderdelen ‘organisch materiaal’ voor zich zoals dikke takken of bladeren. Wanneer zij dit opgegeten hebben en uitgescheiden hebben of kapotgemaakt hebben, zijn de grote stukken al wat minder groot en kunnen kleinere diertjes er van eten en het uitscheiden. Zo worden de grote stukken takken of bladeren of … steeds maar kleiner en zachter. Wat overblijft is uiteindelijk een zachte kruimelige zwarte massa: humus.
Superkrachten onder de grond
Het bodemleven verricht veel werk en vele wonderen. Wanneer wij dat als mensen zouden willen nabootsen, zou ons dat veel tijd, energie en geld kosten. Hieronder zie je welke wonderen je bodemleven verricht:
Ze ruimen afval op:
- Dode takken, bladeren, beestjes, groenten afval, … wordt afgebroken tot het humus is geworden. Je hoeft het dus niet zelf op te ruimen. Laat het liggen als mulch en het bodemleven maakt er humus/mest van.
- Zelfs bomen of takken van bomen kunnen opgeruimd worden!
Bodemschimmels maken schimmeldraden in dood hout. Als de schimmel goed gegroeid is in het hout, verschijnen er wel eens paddestoelen. Deze paddestoelen zijn de vruchtlichamen van de schimmel, een beetje zoals een appel een vrucht is van de appelboom. De schimmel voedt zich met het dode hout en na een tijdje wordt het hout zacht en rot, zo zacht dat het uit elkaar valt. De zachte massa die je dan hebt, is nog geen humus maar wel al een stapje dichter bij humus. Andere diertjes kunnen deze massa opeten. Wanneer ze het uitscheiden, zijn we weer een stapje dichter bij humus.
Ze maken je grond vruchtbaarder.
- De mineralen die in de buik van een beestje zitten, kunnen niet wegspoelen! Daardoor blijven mineralen veilig opgeborgen tot het beestje het uitscheidt.
- En wanneer het beestje dit uitscheidt, plakt het mineraal vast in de euh … mest waardoor het eveneens niet wegspoelt en beschikbaar blijft voor de planten. Ze bemesten dus je grond met hun uitwerpselen.
!! Merk op dat er staat ‘ZIJ’ bemesten en niet ‘JIJ’ bemest !!
Als je bodemleven gezond is en veel voedsel krijgt (mulch), zal het dus constant en geleidelijk zelf je grond bemesten en hoef jij dat niet te doen door mest te gaan kopen.) - Grond die door een worm is gegaan bevat 7 keer meer opneembaar fosfaat, 10 keer meer opneembaar kalium, 5 keer meer opneembaar stikstof, 3 keer meer opneembaar Magnesium en anderhalf keer meer opneembaar calcium!
- Grond die door een worm is gepasseerd, is neutraler geworden qua zuurtegraad en is dus betere grond geworden. Daardoor kunnen plantenmondjes gemakkelijker mineralen opnemen.
- Ze zorgen voor de juiste vorm van stikstof voor je planten.
We hebben wel eens van stikstof als meststof gehoord. In mest van dieren zit stikstof en in chemische meststoffen zit stikstof. (De ‘N’ uit NPK slaat op stikstof.) In de lucht zit ook stikstof.
Voor een plant is het niet gelijk in welke vorm ze de stikstof krijgen.
(Vergelijk het een beetje met kieskeurige mensen en aardappelen: sommigen eten liefst gekookte aardappelen, anderen eten liefst puree en nog anderen eten liefst frieten. Zo eten sommige planten liefst stikstof (‘N’) in amoniumvorm, anderen liever in nitrietvorm en in nitraatvorm.)
Sommige bodembacteriën of schimmels zullen zorgen voor de ene vorm van stikstof en anderen voor een andere vorm van stikstof.
En hier schuilt het knappe van de natuur: de plant zal zelf via de wortels stoffen uitscheiden die de juiste bacteriën of schimmels aantrekken die op hun beurt aan de plant de juiste vorm van stikstof zullen geven. Planten en bodemleven doen dus aan ruilhandel!
Ze spitten je grond constant om en maken je bodemstructuur beter:
- Door hun gefriemel in je grond, ontstaan er gangen.
Zaadjes die net ontkiemd zijn en nog zeer fijne worteltjes hebben, kunnen dankzij die gangen sneller met hun wortels overal bij geraken. De worteltjes zullen zich dus goed kunnen ontwikkelen waardoor je sterke planten krijgt. En in die gangen kan ook water en voedingsstoffen/mineralen gemakkelijk doorsijpelen. - Sommige beestjes trekken organisch materiaal van op de grond naar beneden en woelen eigenlijk een beetje je grond om. Daardoor verspreiden voedingsstoffen zich en hoef je niet meer te spitten. Meer nog, als je wel zou spitten, maak je de wereld van deze beestjes kapot en gaan ze dood waardoor ze hun werk niet meer doen.
- Door hun gefriemel in je grond, ontstaan er gangen.
En last but not least: bodemleven beschermt je planten tegen ziektes
- Een theelepel gezonde grond zou bestaan uit een miljard bacteriën van 20 000 tot 30 000 verschillende (!) soorten. Er bestaan gelukkig veel meer ‘goede’ soorten dan ‘slechte’ soorten.
Als je zorgt dat de ‘goede’ bacteriën in je grond zich beter voelen dan de slechte, dan zullen deze de ‘lastige’ soorten in bedwang houden., niet uit sympathie voor de tuinman/tuinvrouw maar wel omdat ze concurreren en vechten met de ‘slechte’ soorten om ‘voedsel’ (organisch materiaal/mulch). - De schimmeldraden van de nuttige schimmels vormen een laagje rond de plantenwortels. Slechte bacteriën die het op je plantenwortels gemunt hebben, moeten dus extra moeite doen om er bij te geraken.
- Als je bodem vol (gezond) bodemleven zit, heeft elk ‘beestje’ of ‘schimmeldraadje’ zijn plek en is er letterlijk geen plaats voor (ziekmakende) nieuwkomers.
- Sommige bacteriën en schimmels produceren een soort antibiotica waarmee ze ziekmakers doden.
- Een theelepel gezonde grond zou bestaan uit een miljard bacteriën van 20 000 tot 30 000 verschillende (!) soorten. Er bestaan gelukkig veel meer ‘goede’ soorten dan ‘slechte’ soorten.
Zo zie je maar hoe belangrijk het is om je bodemleven te verzorgen. Hoe je dit bodemleven kan verwennen en doen floreren, komt in het laatste deel aan bod.
DEEL 5 : Voedingsstoffen voor de moestuin plant
Inleiding
Even kort herhalen wat we al weten, grond bestaat voornamelijk uit :
- Zeer fijn gemalen steentjes: zandkorrels, siltkorrels en/of kleikorrels.
- Mineralen, afkomstig van:
- steenkorrels die zeeeeeeeer fijn gemalen zijn
- dood organisch materiaal zoals takjes, bladeren, beestjes, … dat in humus veranderd is.
- Lucht en water
- Bodemleven dat humus maakt en andere wonderen verricht.
- Voedingsstoffen voor de plant
Dit deel behandelt de voedingsstoffen die een plant nodig heeft. Zij het nu sla, pastinaak of een bananenboom, net als ons moeten ze eten.
Wel, we hebben het in dit artikel al een paar keer gehad over voedingsstoffen in de bodem:
- dat ze niet mogen wegspoelen en dat we daarom humus nodig hebben in onze grond
- dat ze in de bodem gekomen zijn doordat rotsen gedurende miljoenen jaren verkleind zijn tot piepkleine rotsdeeltjes of doordat bladeren/gras/hout/beestjes … afgebroken worden tot piepkleine deeltjes…
- dat de voedingsstoffen heel klein moeten zijn om door de plantenwortels opgenomen te kunnen worden.
Voedingsstoffen

Bouwstenen van de plant:
We starten met te kijken waaruit een plant zelf bestaat, namelijk uit Koolstof (C), Waterstof (H), Zuurstof (O):
Let op, deze ‘zuurstof’ (O) is niet dezelfde zuurstof als degene die wij nodig hebben om te ademen. Wat wij nodig hebben om te ademen, is een groepje van 2 zuurstofdeeltjes: ‘O2’.
Koolstof (C), Waterstof (H) en Zuurstof (O) hebben planten dus het meeste nodig van alle stoffen, niet verwonderlijk gezien ze uit die stoffen bestaan. Deze 3 bouwstenen hangen vaak in verschillende combinaties aan elkaar, denk maar aan CO2 of H2O. Een plant neemt de bouwstenen die hij op een bepaald moment nodig heeft en zet die om in bladeren, een stengel, bloemen en 'jaja' ook vruchten.
Waar haalt de plant deze bouwstoffen nu vandaan ?
De bouwstenen waaruit een plant bestaat zijn gratis, want deze stoffen zijn overal voorhanden: water, lucht en dode, rottende planten/mulch/compost/humus.
- In water: H2O Water bestaat uit 2 ‘waterstofdeeltjes(H) -deeltjes’ en 1 ‘zuustofdeeltje(O) -deeltje’: H2O. De plant haalt hier ‘H’-tjes en ‘O’-tjes uit.
- In de lucht: CO2 : In de lucht zit onder andere koolstofdioxide (CO²), het broeikasgas dat zorgt voor de opwarming van de aarde. Koolstofdioxide bestaat uit 1 deeltje ‘koolstof(C)’ en 2 deeltjes ‘zuurstof(O)’, samen dus: CO2. Planten halen hier dus ‘C’-tjes en ‘O’-tjes uit. Planten halen dit uit de lucht met hun bladeren (en dus niet met de wortels). Dit doen ze enkel wanneer er zonlicht op hun bladeren schijnt. Dit proces noemen we met een moeilijk woord ‘fotosynthese’ en zet CO2 om in C6H12O6 of simpelweg suiker (koolhydraten). Als je weet dat planten het broeikasgas CO², dat zorgt voor de opwarming van de aarde uit de lucht haalt, begrijp je zeker ook waarom het zo belangrijk is dat er veel bomen en andere planten groeien? Zij halen met hun bladeren CO2 uit de lucht omdat ze de ‘C’ en de ‘O’ nodig hebben om hun stengel, bladeren, wortels, vruchten mee op te bouwen. Dus hoe meer planten we laten groeien, hoe meer CO2 er uit de lucht wordt gehaald en hoe minder broeikasgas er in de lucht hangt. Planten met veel bladeren halen het meeste CO2 uit de lucht: volwassen bomen zijn de koplopers hierin.
- Uit dode planten/mulch/compost/humus : Tijdens het leven van de plant bouwt de plant zichzelf op, vooral met deeltjes uit water en lucht: ‘C’, ‘H’ en ‘O’. En wanneer een plant sterft, rot ze weg en komen de deeltjes terug ‘vrij’ in de grond, in het water en in de lucht. Nieuwe planten kunnen deze er dan terug ‘uithalen’ om nieuwe planten mee op te bouwen. Dat is pas recycleren!
Nu begrijp je wellicht ook waarom het belangrijk is dat we dode planten in de (moes)tuin niet opruimen maar laten liggen zodat ze ter plaatse kunnen rotten tot vers eten?
Het wonder van de fotosynthese: zuurstof (O2) maken
We hebben hier al enkele vreemde dingen gelezen:
- een plant haalt CO2 uit de lucht via haar blaadjes, en dat enkel terwijl er zonlicht op schijnt: fotosynthese.
- planten houden de opwarming van de aarde tegen.
- een plant kan van water en lucht stengels, bladeren, wortels, … maken. Het lijkt een beetje op koken voor gevorderden, of zelfs op magie.
Planten schenken ons zuurstof in geschenkverpakking
Maar er gebeurt nog iets wonderlijks terwijl de plant zichzelf ‘bouwt’ uit water en lucht. De plant heeft namelijk niet alles nodig uit het water en de lucht. Ze heeft vooral de ‘C’ en de ‘H’ nodig maar ze heeft niet alle ‘O’-tjes nodig. Daarom geven de bladeren alle ‘O’-tjes die ze niet nodig hebben terug aan de lucht. En niet zomaar ‘O-tjes’. Nee, de plant verpakt deze ‘O-tjes’ per groepje van 2: O2 of zuurstof dus. Dit soort zuurstof is wat wij mensen en ook alle dieren nodig hebben om te kunnen ademen en te kunnen leven!

Wat voor de plant een ‘afvalproduct’ is (O2) hebben wij dus nodig om te kunnen ademen/leven. En omgekeerd ook: wat voor ons (en dieren) een afvalproduct is (CO2), hebben planten nodig om hun zichzelf mee op te bouwen. Dus: de plant neemt CO2 op via de blaadjes en ‘ademt’ O2 uit. De mens en dieren ademen O2 in en ademen CO2 uit. Een mooie kringloop dus.
Overige voedingsstoffen voor de moestuin plant
Alle voedingsstoffen samen en wat chemische wonderbaarlijke verbindingen later geven groenten
Wat heeft een plant nodig om van een zaadje een plant te worden? Wel de vraag is heel simpel. Waaruit bestaat een plant ? Wanneer je van een plant al het water zou laten verdampen, blijft er droge stof over. Deze droge stof of dode gedroogde plant bestaat uit alle onderstaande bouwstenen die ooit voeding waren voor de plant. Deze bouwstenen of voedingsstoffen zijn verbonden tot verschillende combinaties van eiwitten, koolhydraten, vetten, etherische olie, vitaminen, zuren, zouten, … Deze combinaties van die bouwstenen vormen samen cellen die op hun beurt samen de wortels, het blad, de stengel, de bloem, … vormen. Daarom kan het voorkomen dat de schil van je tomaten zich niet goed vormen door droogte of een calcium tekort. Of dat je bladeren van je peperplant niet groen worden door een gebruik aan zon of Magnesium.
Planten die groeien is pure chemieHet totale overzicht aan voedingsstoffen uit de moestuin grond
Hier onder vind je de bouwstenen waarmee de chemie in je plant gebeurt en planten hun wortels, bladgroen of blozende vruchten krijgen. Elke groente uit je moestuin heeft andere behoeftes en zal onderstaande bouwstoffen op een andere chemische manier gaan verwerken.
50 % tot 5 % : basisbouwstenen
- Koolstof (C)
- zuurstof (O)
- waterstof (H)
10 % tot 0,02 %: macronutriënten
Micro nutrienten voor moestuin planten0,05-0,001 %: micronutriënten
- ijzer (Fe)
- zink (Zn)
- mangaan (Mn)
- boor (B)
- koper (Cu)
uiterst kleine waarden: spoorelementen
- molybdeen (Mo)
- natrium (Na)
- silicium (Si)
- aluminium (Al)
- chloor (Cl)
- jodium (I)
- fluor (F)
- kobalt (Co)
- broom (Br)
- nikkel (Ni)
- titanium (Ti)
Enkele belangrijke bouwstenen uit je moestuin bodem en hun functies
- water: stofjes transporteren in de plant
- Te weinig water/te droge grond: plant verwelkt en de weerstand tegen ziektes verzwakt, groei vertraagt, sneller kaliumgebrek
- Te veel water/te natte grond: vorstgevoelige planten gaan sneller kapot bij vorst
- stikstof (N): bevordert de groei van stengels en blad, is belangrijk voor de fotosynthese
- Te weinig stikstof: blad wordt geel (vooral oudere bladeren)
- Te veel stikstof: overmatige bladgroei ten koste van de knolvorming of wortelvorming (oppervlakkige wortels), zwakke celwanden dus slappe stengels en gevoeligheid voor bladluizen en schimmels, zwart-groene bladeren, hoog nitraatgehalte in de groenten, …

- fosfor (P): bevordert de wortelontwikkeling van de jonge plant, de zaadvorming en de afrijping, de knolvorming bij knolgewassen
- Kalium (K): bevordert de stevigheid van het gewas, zit in het celvocht van de plant, zorgt de vorming van wortels en knollen, zorgt voor de bewaarbaarheid (ui en wortel ), zorgt voor weerstand tegen schimmelziekten en vorst, waterhuishouding.
- Tekort aan kalium: vergeelde bladranden, donkergroene bladeren die later paarsbruin worden, neusrot bij tomatenplanten
- Teveel aan kalium: kan zorgen voor een tekort aan Magnesium en boor, kan zorgen voor een watering eindproduct (minder smaakvol)
- Zwavel (S): belangrijk voor de groei
- Tekort aan zwavel: de jongste bladeren hebben een lichte kleur
- Teveel aan zwavel: leidt tot verzuring
- Calcium (Ca): komt voor in de celwanden en celmembranen, is een bodemverbeteraar, verbetert de structuur, zeker bij klei - en leemgronden
- Tekort aan calcium: verzuring van de grond, dichtslibben van de grond, verschrompelen van de bladeren en neusrot bij tomaten
- Teveel aan calcium: doet de humusvoorraad dalen. (door versnelde afbraak), verhindert de opname van spoorelementen

- Magnesium (Mg): is een bestanddeel van het bladgroen, zorgt ervoor dat de plant zonlicht als energie kan gebruiken. (fotosynthese).
Waar haalt de plant de mosterd, euh zijn voedingsstoffen vandaan?
- Met zijn wortels haalt een plant voedingsstoffen:
- Uit het water (H2O)
- Uit de bodem die bestaat uit zeer fijne steenkorrels, organisch materiaal, bodemleven, …
- Met zijn bladeren haalt de plant voedingsstoffen:
- uit de lucht (CO2). Hiervoor moet er zon op de bladeren schijnen. (fotosynthese)
Hoe komen deze voedingsstoffen in de moestuin bodem terecht?
Vanzelf of door gesteentemeel
Als we even overlopen uit wat de bodem/grond bestaat, hebben we eigenlijk bijna volledig het antwoord. Grond bestaat voor bijna de helft uit hele fijne steenkorrels (zand, klei, ..) die door de eeuwen heen verweerd zijn. Een deel van de voedingsstoffen in de grond zijn dus ‘restjes’ van steenkorrels. Je kan deze ‘restjes van steenkorrels’ ook kopen: gesteentemeel zoals basaltmeel en lavameel. Gesteentemeel bevat veel macro- en micronutriënten, iets waar veel bodems een tekort aan hebben. (vooral als de humuslaag in het verleden vernietigd is geweest).

Uit je humus laag
Verder zit er (hopelijk) een humuslaag in je grond die ervoor zal zorgen dat deze ‘restjes’ niet wegspoelen wanneer het regent. Deze humuslaag wordt gemaakt door bodembeestjes en schimmels die dode planten afbreken. Wanneer deze beestjes en schimmels zelf afsterven, komen er uit deze dode beestjes eveneens voedingsstoffen vrij voor de plant. Je kan ook zelf nog compost toevoegen en zorgen voor een laag dode planten: mulch. Ook kan je resten van dieren toevoegen aan de mulchlaag: eierschalen, veren, slakkenhuizen, …
Uit de lucht gevallen water
En dan heb je nog water in de grond. Dit water sijpelt door de grond en zorgt zo dat voedingsstoffen meegevoerd en verspreid worden. (hopelijk naar de planten en niet weg van de planten)
Stikstof is een buitenbeentje
En dan heb je nog een buitenbeentje: Stikstof (N). Stikstof zit niet zomaar vanzelf in de grond. Stikstof hangt namelijk in de lucht. En jammer genoeg kan de plant dit niet met zijn bladeren uit de lucht halen (zoals bij koolstof wel het geval is). Nee, wanneer de plant stikstof nodig heeft, heeft de plant hulp nodig van een klein bodembeestje/bodembacterie die de stikstof uit de lucht ‘vangt’ en deze ‘vastlegt in de bodem’. Wanneer de stikstof dan vastligt in de bodem, kan de plant deze met de wortels opnemen.

Om dit bodembeestje te lokken kan je 2 dingen doen:
- Je zorgt dat je een goed bodemleven hebt. (veel mulchen, niet met gif spuiten, …). Als er een goed bodemleven is, zullen ook deze bacteriën in de grond zitten.
- Je zet planten die gespecialiseerd zijn in het aantrekken van deze nuttige bodembacteriën: vlinderbloemigen. Rond de wortels van vlinderbloemigen verzamelen zich steeds stikstofbindende bodembacteriën. Deze bacteriën gaan de stikstof vastleggen tegen de wortels van de plant. Dat doen ze niet zomaar. De plant geeft hen hiervoor suikers terug die worden uitgescheiden langs de wortels. Ruilhandel dus.
Vlinderbloemigen zijn: klavers, luzerne, lupinen, wikke, peulgewassen zoals erwten en bonen. Deze planten worden omwille van hun eigenschap om nuttige bacteriën aan te trekken ook wel groenbemesters genoemd. Je hoeft ze uiteraard niet te bemesten met stikstof.
Je kan deze groenbemesters zaaien tussen gewassen die stikstof nodig hebben:
- klavers tussen fruitbomen
- lage klavers tussen koolgewassen
- bonen tegen maisplanten
- …
Ook kan je het jaar ervoor vlinderbloemigen zaaien op plaatsen waar het jaar nadien een stikstofminnend gewas komt. Een goede teeltopvolging is bijvoorbeeld: koolgewassen (stikstofminnend) op een veld waar het jaar ervoor peulvruchten stonden. Zorg er dan zeker voor dat je bij het opruimen van het peulenveld (in de herfst) de planten NIET uittrekt met wortel en al maar dat je de wortels laat zitten.
Tot slot
Zo we zijn aan het eind van het artikel. Hopelijk was het laagdrempelig genoeg en heb je nu meer inzicht over hoe planten groeien in de moestuin. Heb je nog niet alles meteen begrepen, lees het artikel dan nog eens. Je ervaring in de moestuin zal je steeds met een ruimere blik doen kijken naar dit artikel.
Heb je nog vragen, mail gerust naar tom@moestuinweetjes.com. Ik zal proberen te antwoorden op je vragen. Dit artikel zal ook blijvend aangepast worden wanneer er nieuwe inzichten komen over hoe onze moestuin werkt.
Vond je dit een nuttig artikel en vind je www.moestuinweetjes.com waardevol, overweeg dan om je moestuin spullen bij ons aan te kopen in onze webwinkel.
Ikzelf in mijn moestuinVeel plezier in de moestuin, Tom