Hydrometer voor wijn of bier

Bij een juist gebruik van de wijn/bier hydrometer (of densimeter) kunt u het gistingsproces volgen. Terwijl de suiker in alcohol verandert, zakt de hydrometer naar de bodem. Als de gisting voorbij is, zal de hydrometer niet meer dalen. Wijn en bier mogen pas worden gebotteld als het soortelijk gewicht (SG) lager is dan 1,006, anders kan de fles exploderen.

SCHAAL: Suiker: 0,990/1100 – Potentiële alcohol -1/10%.

Hoe wordt het alcoholgehalte berekend

Om het alcoholgehalte van uw wijn of bier te berekenen, moet u de specifieke dichtheid van de vloeistof meten vóór de gisting begint en het gelijkwaardige resultaat noteren op de potentiële alcoholschaal (de densimeter zal een referentietabel in zijn kit hebben).

U zult hieronder twee voorbeelden zien:

Voorbeeld 1:

aanvankelijk soortelijk gewicht: 1,090 = 11,8 (vóór de gisting)
uiteindelijk soortelijk gewicht: 1,010 = 1,3 (na gisting)
alcoholgehalte: 10,5% (11,8 – 1,3 = 10,5)
Voorbeeld 2:

aanvankelijk soortelijk gewicht: 1,090 = 11,8 (vóór de gisting)
uiteindelijk soortelijk gewicht: 0,995 = 0,7 (na gisting)
alcoholgehalte: 12,5% (11,8 + 0,7 = 12,5)
Hoe de densimeter te gebruiken

Giet de te meten vloeistof in een cilindervormig vat.
Laat de hydrometer voorzichtig in de vloeistof zakken tot hij vrij drijft
Draai de hydromter om eventuele luchtbellen aan de zijkanten te verwijderen; als u dit niet doet, kan het resultaat onjuist zijn
Wanneer de hydrometer niet meer beweegt en niet in contact is met de wanden van de container of met de bodem, het resultaat aflezen dat op het diagram is aangegeven op het niveau van de oppervlakte
De hydrometer is gekalibreerd om correcte resultaten te geven bij 20 °C