Boerenkool zaaien

Boerenkool Snelle Start Info

Meer Info Over Boerenkool

Boerenkool kan worden aangetast door aardwormen , koolvlieg, koolwitjes en koolwormen. Bestrijd deze plagen door ze met de hand weg te plukken of behandel met een insecticide. 

Investeer in insectengaas en ga preventief te werk. De natuur zal je dankbaar zijn.

Boerenkool kent geen ernstige ziekteproblemen.

Eet zelf van je groenten en breng ecologische slakkenkorrels aan tussen je planten.  Slakken zijn heel vraatzuchtig.  Lees meer in het artikel "Slakken bestrijden – 4 cruciale tips om zelf te eten van je groenten".

Kolen zijn gevoelig aan ziektes die overgedragen worden door je grond. Om preventief te werk te gaan wordt aangeraden om wisselteelt toe te passen zodat er telkens een periode van 3 jaar tussen elke teelt zit.

Wanneer kan je boerenkool oogsten?

Boerenkool is klaar voor de oogst  ongeveer 55 dagen na het verplanten, 70 tot 80 dagen na het zaaien. 

Hoe oogst je boerenkool?

Snijd afzonderlijke bladeren voor gebruik wanneer de plant 8 tot 10 centimeter hoog is; snijd de buitenste bladeren eerst. Als je de hele plant oogst, snijd dan 2 centimeter boven de grond af en de plant zal binnen 1 tot 2 weken nieuwe bladeren laten groeien. Oogst boerenkool voordat hij oud en taai wordt.

Kan je boerenkool bewaren?

Laat boerenkool in je moestuin staan tot je klaar bent om het te gebruiken. De smaak wordt door de vorst lekker zoet, zetmeel wordt omgezet in suiker. Boerenkool is in de koelkast 1 tot 2 weken houdbaar in een plastic zak. Boerenkool kan ook worden ingevroren.

Kolen zijn gulzige planten. Voeg tijdens je grondvoorbereiding kokos bodemverbeteraar, lavameel, basaltmeel en veel compost toe voor een goede bodemstructuur. Voeg ook biologische mestkorrels voor vruchtgewassen als voeding toe en eventueel bentoniet voor een goede waterhuishouding als je op zandgrond teelt. Gebruik magnesiumsulfaat voor een mooi groen blad. Je kan eventueel zeewierkalk toevoegen indien je PH-waarde te laag is. Zeewierkalk zorgt er voor dat je grond meer base (dus minder zuur) wordt.

Laat de grond niet uitdrogen. Langzaam en veel water geven is het beste, zo kan het water diep tot bij het wortelgestel sijpelen. Als je te weinig water geeft worden de bladeren taai.

Geef water aan de voet van de planten met druppelbevloeiing of een tuinslang. 

Geef tijdens het groeiseizoen, ongeveer 3 weken na de uitplant, een handje vinasse kali.