Oca (Oxalis tuberosa) is een knolgewas dat oorspronkelijk uit het Andesgebergte komt, waar het is ontwikkeld naast de vergelijkbare knolgewassen aardappel, ulluco, en knolcapucien.
Oca-knollen zijn meestal lang en smal en worden ongeveer 15 cm lang.
Oca heeft, in tegenstelling tot de aardappel, geen last van ziektes, schimmels of insectenplagen.
Je oogst je oca knollen van zodra je merkt dat je planten dood gaan en dor worden. Dat is een signaal dat je oca knollen volgroeid zijn.
Enkele oogsttips:
Oogsten doe je best met een spitvork of met je handen, niet met een spade. De knollen breken gemakkelijk af.
Bewerk je grond voor het uitplanten. Ik verkies een woelvork, je kunt ook spitten of met een tuinfrees werken. Hopelijk heb je tijdens je algemene grondvoorbereiding in het najaar van het vorige jaar of in het voorjaar van het huidige jaar veel compost in je moestuinbed voor je oca verwerkt. Oca en compost vormen een dreamteam.
Strooi voor de uitplant vinasse kali en universele meststofkorrels in je plantgat. Universele meststofkorrels zorgen voor voldoende energie. De vinasse kali zal zorgen voor een goede ontwikkeling van de knollen. Zorg er voor dat de grond vochtig is, maar niet nat.